woensdag 2 augustus 2017
woensdag 2 augustus 2017

woensdag 2 augustus 2017:
Jezus zei: “Mijn volk, in de eerste lezing hebt u gelezen hoe het gezicht van Mozes stralend werd na zijn gesprek met God de Vader. Het schrikte de mensen zo dat hij een sluier over zijn gezicht droeg, maar hij nam de sluier af wanneer hij sprak met God. Op een andere manier toonde Ik Mijn strakkende verheven Lichaam aan Mijn discipelen op de berg Tabor tijdens Mijn Verklaring. Na Mijn Opstanding was Mijn verheven Lichaam zo anders dat mensen Me niet meteen herkenden. Sint-Maria Magdalena en de twee discipelen op weg naar Emmaüs herkenden Me pas bij het ‘breken van het Brood’. Op dezelfde manier verscheen Ik aan Mijn discipelen in de Bovenste Kamer, en zij dachten dat ik een spook was. Na hun ontmoeting met mij, toen Sint-Thomas mijn wonden aantastte, en ik vis voor hen at, wisten ze dat ik vlees en beenderen was. Bij het laatste oordeel zullen Mijn getrouwe zielen weer verenigd worden met hun verheven lichamen. Mijn volk zou ook stralend moeten voelen wanneer jullie mij ontvangen in de Heilige Communie, of wanneer jullie voor mij staan in aanbidding van Mijn Gezegende Sacrament. Bedankt en looft Me door uw leven met me te delen tijdens al jullie contacten met me in mijn sacramenten en in gebed.”
Jezus zei: “Mijn volk, Ik heb Mijn toevluchtsoordbouwers gevraagd om paraat te zijn om enkele mensen op hun toevluchten te ontvangen. Een grot voor een toevluchtsoord kan beperkt zijn in ruimte, maar het heeft meestal stromend water. Jullie moeten misschien jullie tent gebruiken om warm te blijven van de vochtige koude. Jullie moeten ook mogelijk dicht bij de opening van de grot blijven voor voldoende lucht om adem te halen. Grotten kunnen goede bomschuilplaatsen zijn, maar mijn engelen zullen een beschermingslaag over jullie hebben. Vertrouw op Mij want Ik zal jullie voedsel en water vermenigvuldigen voor jullie overleven. Ik zal jullie toevluchten beschermen tegen schade, en al mijn getrouwen zullen hun beloning krijgen in Mijn Tijdperk van Vrede.”